Vieren of gedenken, in alle rust of met elkaar.
Laat je inspireren door oude gewoontes, groene symboliek, markante personen, inspirerende initiatieven, smaakvolle recepten, toepasselijke teksten, en praktische tips.
28 maart Witte Donderdag
Graan en Brood
‘Als een graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft het één graankorrel, maar wanneer hij sterft draagt hij veel vrucht.’ (Johannes 12, 20 e.v.)
Dit natuurbeeld met betrekking tot dood en leven, en vruchtbaar leven, wordt toegepast op het leven en sterven van Jezus. Het wordt tot een krachtig beeld met een nog diepere betekenis als het verbonden wordt met het alledaagse beeld van het brood. De graankorrels worden vermalen tot meel voor brood dat zelf weer gebroken en gedeeld wordt: ‘Ik ben het brood dat leven geeft’, als beeld van Jezus zelf (Johannes 6, 25 e.v.).
Recepten
– Witte Donderdagsoep, zie www.sameneerlijketen.nl
en verder:
- Apostelbrokken met kruidensoep
- Brandnetelsoep
- Groene pannekoeken
- Gründonnerstagsuppe
- Witte Donderdagsoep
Schikken
Vieren
29 maart Goede Vrijdag
Deze dag maakt deel uit van de Stille of Goede Week, waarin een reeks vieringen de weg van Jezus naar Pasen markeren. Het zijn dagen die de overgang vormen van de 40-dagentijd naar de paastijd, de overgang van leven naar dood, en opnieuw: nieuw leven. Goede Vrijdag staat in het teken van het sterven van Jezus aan het kruis en wordt niettemin toch ‘goed’ genoemd. Alleen te begrijpen voor wie het hele verhaal op de voet volgt … (zie verder deze Groene Kalender), en ook de suggesties voor schikken, vieren en eerlijk eten.
De beeldtaal van een roodborstje en de pelikaan illustreren wat onzegbaar is.
Een roodborstje …
(…) en uit de bomen groeit een kruis,
tot rustplaats voor die vogel
die met het teken van de vis
om mensen was bewogen.
(Henk Jongerius, Kerkliederen 14)
Naar een Vlaamse legende:
Jezus was aan het kruis geslagen. Er zat een klein vogeltje dichtbij het kruis in een olijfboom en zag zijn wonden en voelde zijn pijn. Uit zijn kraaloogjes druppelden tranen. Niemand zag het vogeltje, want het was klein en kleurloos. Hij had zelfs geen naam, omdat mensen hem nooit opmerkten en Adam vergeten was een naam voor hem te bedenken.
Het vogeltje zag de doornenkroon die het hoofd van Jezus verwondde. Hij dacht: hoe kan ik deze man helpen? Hij vloog naar het kruis en begon met zijn snavel de doornen uit Jezus’ hoofd te trekken. Daarbij viel een druppel bloed op zijn borst. Jezus zei: “Lief vogeltje, het rode vlekje op je borst zul je blijven behouden als herinnering aan jouw liefde voor mij.” Het zal mensen herinneren aan mijn lijden en dat van anderen, maar ook hoe liefde dat lijden kan verzachten. De mensen zullen je voortaan roodborstje noemen.
Pelikaan
In oude kerken en kerkelijke kunst komt soms een afbeelding van een pelikaan voor die met haar snavel in eigen borst steekt en met de druppels bloed haar jongen voedt. Dit beeld verwijst naar het offer van Christus en zijn levensreddend handelen.
In de Physiologus, een bundeling van teksten uit de tweede tot vierde eeuw na Christus, wordt geleerd dat de pelikaan veel van haar jongen houdt. Die pikken echter de ouders met hun scherpe snavels, en dan zouden de ouders hun jongen doden. Volgens Physiologus pikt de pelikaan op de derde dag haar zijde open en met haar bloed wekt ze de jongen tot leven. Zo verwijst de pelikaan naar de lijdende Christus die uit liefde leven wekt.
Biologisch klopt de beeldtaal niet. De pelikaan voedt zijn jongen met vis uit de krop. In tijden van droogte en gebrek pikken de jonge vogels de ouders tot bloedens toe; als de keel kaal wordt ziet men de rode huid daaronder.
Van Thomas van Aquino (ca. 1225 – 1274) kennen we de hymne:
Milde pelikaan, Jezus Heer, reinig mij, onreine, met uw bloed.
Schikken
Vieren
Recepten
19 mei Pinksteren
Vijftig vogels in een kloostertuin
Duif
De duif is vaak op afbeeldingen te zien. De duif is in de christelijke traditie een verwijzing naar de Geest. Het is de geest die van God uitgaat. Na Jezus’ dood is het ook zijn geest die in mensen werkzaam wordt.
De evangelist Lucas vertelt in zijn boek Handelingen (1 en 2) hoe op ‘Pinksteren’ (wat betekent: de vijftigste dag, na Pasen) volgelingen van Jezus ‘gedoopt worden’ en ‘vervuld raken’ met heilige Geest, een heftig gebeuren dat beschreven wordt in termen van hevige wind en tongen van vuur. Deze ‘uitstorting van geest’ wordt wel opgevat als het begin van de christelijke kerk.
Doop en duif doen aan elkaar denken, zoals bij Jezus’ doop. Soms worden de apostelen als 12 duiven afgebeeld. De duif was ook altijd een symbool van nieuw leven (Noach), vrede (Pax Christi) en vrijheid (vrij in Christus).
Veni Sante Spiritus
De roep om de geest heeft door de eeuwen heen in muziek op vele manieren geklonken:
Kom, heilige Geest, Gij vogel Gods,
Daal neder waar Gij wordt verwacht
(…) Er is geen licht dan waar Gij zijt,
uw vleugels breidt, uw vleugels strekt
(tekst Ad ven Besten, Liedboek 680)
In de Middeleeuwen werd het gewoonte om in de liturgie op Pinksteren tijdens het zingen van Veni Sancte Spiritus een houten vogel aan een touw vanuit het gewelf in de kerk te laten neerdalen. Het gebruik om rozenblaadjes over de hoofden van mensen te laten neerdwarrelen doet daaraan denken. (Bron: Volksgebruiken in de loop van het liturgisch jaar, Jozef Lamberts, 2001)
Kunstenaar Frederick Franck (1909-2006) maakte een beeld van Franciscus van Assisi waarbij vijftig vogels uit diens hand de vrijheid kiezen. In de kloostertuin van de minderbroeders franciscanen in Megen is een kopie van dit beeld te zien (hierboven afgebeeld).
Vuur
De verborgen aanwezigheid van de Eeuwige, in vuur, was geen onbekend beeld:
De Sinaï was volledig in rook gehuld, want de HEER was daarop neergedaald in vuur. (Exodus 19, 18). Het is vuur dat mensen in beweging zet en inspireert:
Geschenk uit de hemel, mensen van vuur,
door de Geest bewogen
met Gods Rijk voor ogen.
Kom, vervul ons, Geest, dit uur.
Andries Govaart, in: Liedboek 702: 3,
zie ook diens website anderszins.eu
Recept
– Rabarbervuur, zie www.sameneerlijketen.nl
Schikken
– Zie www.symbolischschikken.nl
Verhaal
- Het beeld met 50 vogels van Fredrick Franck is te zien in de kloostertuin in Megen
Vieren
Zie www.scheppingvieren.nl, trefwoorden Pinksteren, vuur, duif, vijftig
Duif en sperwer
“Mijn God” – zoo sprak de duif – “is innig zacht,
Heeft donzen wieken, en bemint ons allen;
Almachtig, heerscht hij over duizend-tallen
En houdt op ieglijk duifje trouwe wacht.”
De sperwer sprak: “Mijn God heeft vlucht en kracht,
En kan op eens uit hooger luchten vallen,
En die Volmaakte laat een juich-kreet schallen,
Wanneer zijn schoone neb een doffer slacht.”
Zoo keven zij; de een riep: “Gij lastert God” –
En de ander: “Gij zijt dom” – “Gij wilt mij krenken” –
– “Godloochenaar! – Gij drijft met God den spot!”
Een uil, vol wijsheid, zag ik stilte wenken;
Die sprak: “Verdraagt elkaar, en weest niet zot,
Daar wij ons, allen, God met vleugels denken.” –
Jacques Perk, uit: Gedichten (Van Looy, Amsterdam, 1910)