Maria boodschap

 

25 maart: Maria boodschap

Een nieuwe lente

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Deze dag, negen maanden voor de geboorte van Jezus, herinnert aan de boodschap die Maria van een engel krijgt dat zij zwanger zal worden (25 december; Lucas 1, 1-38). Goddelijke liefde en barmhartigheid zullen zichtbaar worden in dat kind.

Op afbeeldingen wordt het verhaal heel vaak uitgebeeld, met kenmerkende elementen. Vaak leest Maria een boek, de bijbel als verhaal van God en mensen. De engel draagt dikwijls een tak met een witte lelie, nog met een verscholen bloemknop. Soms is een groene lenteboom te zien als verwijzing naar de levensboom en wordt Maria afgebeeld als een tweede Eva. Vaak is ook een duif te zien: Gods geest zal op Maria en haar kind rusten.

 

Maria boodschap, een lentegedicht

 

 

 

 

 

 

 

 

Naar ’t midden van de dag,

in het midden van de rozen,

toen het geen winter meer

en nog geen zomer was,

zat in de schaduw van

haar wimpers zacht te blozen,

over een open blad,

de reine Maagd – en las.

 

Haar kleed was verse sneeuw;

met duizend ogen staarde

de blauwe lucht door ‘t loof

naar zoveel zuiverheid;

en boven Haar was hoog

de hemel, – en de aarde

lag stil en ver in ’t licht,

als een gespreid tapijt.

 

Haar sluier, schemerblauw,

viel langs Haar wangen teder,

en om Haar schoudren op

Haar blote voeten neer

en langzaam over ’t blad,

woog als een engelveder

een blanke bloesemtwijg

zijn schaduw heen en weer.

 

Zij hoorde noch zij zag

de vogel die, verscholen

als uit een open bloem

voor Haar een wijsje floot,

maar diep gebogen en

Haar voeten in violen,

vernam zij God alleen

en wat het blad besloot:

 

De regens zijn voorbij,

de winter is verscheiden

en gulden regen loopt

langs rank en wijnstok uit;

het duifje lokt de duif

en tussen leliën weiden

en in de rozenhof

De bruid’gom en de bruid …

 

Naar ’t midden van de dag

In ’t midden van de rozen,

– als woei een verre geur,

een nieuwe lente aan –

hief zij verbaasd haar blik

en zag de Vlekkeloze

vóór haar, vol eerbied, de

Gezant des Hemels staan.

 

Die groette Haar en ging …

en zo mijn cel na regen

ontvangt een zonnestraal

door haar verhelderd glas,

ontving zij in haar schoot

toen wondervol een zegen,

toen het geen winter meer

en nog geen zomer was.

(Jaques Schreurs, Wierookgraan, Utrecht Spectrum, 1944)

 

Lang
nadat de engel was gegaan
stond Maria daar nog
diep verwonderd
 
In de bomen woonde
het licht
dat haar was overkomen.
(Corja Bekius)

Ludger

 

26 maart Ludger van Münster (†809)

Ganzen vertrekken

 

gans 

Ludgerius, apostel voor Friezen en Saksen, wordt afgebeeld met ganzen. Omstreeks zijn gedenkdag vertrekken de ganzen naar hun broedgebieden in het Noorden. Rond 3 oktober, de dag dat de relikwieën van Ludger overgebracht werden naar de dom van Münster, komen de ganzen weer terug om hier te overwinteren.

Volgens overlevering bevrijdde Ludger een akker van ganzen die daar overwinterden en fourageerden. Een andere legende verhaalt dat Ludger de ganzen tam maakte. Keltische christenen beschouwden ganzen als symbool van de Geest.

gans

De noordelijke Nederlanden behoorden destijds tot het bisdom Münster (nu Duitsland). Ludger werd in Zuilen bij Utrecht geboren en kreeg als benedictijn zijn opleiding in York (Engeland) en in het klooster Montecassino (Italië) dat door Benedictus werd gesticht. Op verzoek van keizer Karel de Grote keert Ludger terug naar een klooster bij het huidige Münster. Hij stichtte de dom in Münster en was missionaris in het land van de Friezen. Als missionaris voor de Saksen volgde hij omstreeks 780 Lebuïnus van Deventer op.

 

Gertrudis

17 maart: Gertrudis (Geertruida) van Nijvel ( 659)

Tuinvrouw, beschermer tegen muizenplagen

Tuin op Geertruid,

warmte komt de grond uit”

 

 

 

 

 

 

 

 

Gertrudis koos al jong voor het kloosterleven in een klooster in Nijvel (België) dat werd gesticht door haar moeder toen haar vader overleed (zie heiligennet.nl).

Zij werd patroonheilige voor tuinders: half maart is de aarde warm genoeg om in de tuin aan de slag te gaan.

Gertrudis wordt als abdis afgebeeld met muizen die langs haar staf omhoog kruipen. Muizen worden beschouwd als onreine dieren die een plaag kunnen vormen en oogsten laten mislukken. Geertruid wordt met name aangeroepen bij plagen. De muizen op afbeeldingen herinneren aan haar als beschermster tegen muizenplagen en daarom als redder van mensen. De muizen zou men ook kunnen zien als beeld van onreine zielen die, om hun leven te redden, hun zieleheil en bescherming bij haar zoeken.

Door water uit een bron bij haar crypte in de Sint Gertrudiskerk over de velden te gieten hoopte men te voorkomen dat veldmuizen een plaag werden. Het onderwater zetten van grasland wordt nog steeds toegepast om een muizenplaag te bestrijden.

Gertrudis

 

 

 

 

 

 

 

Heildronk op het leven

Gertrudis nam afscheid van een ridder die verliefd op haar was met een heildronk op zijn leven. Die ridder bleef verliefd en deed alles om haar terug te krijgen: hij schonk zelfs zijn ziel aan de duivel. Het lukte ook de duvel niet om, na zeven jaar, haar voor hem terug te winnen. Zij bleef God trouw. Geertruid’s heildronk op zijn leven bleek sterker, ook de ridder bleef in leven. Een dergelijke heildronk kreeg de naam St Geertensminne! Een recept konden wij niet achterhalen …

 

Willibrord

7 november Willibrordus van Utrecht (658-739)

Licht in de Lage Landen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Willibrord wordt geboren in Noord-Engeland. Alcuin (733-804), die het levensverhaal van Willibrord beschrijft, vermeldt dat diens moeder in een droom al voorzag dat zij een zoon zou baren die licht in de duisternis zou brengen.

Willibrordus wordt gevormd in het benedictijnerklooster in Ripon (Engeland). Als hij 31 jaar oud is, steekt hij met 12 monniken de Noordzee over naar het gebied van de Franken. Hij reist met paard en wagen om zijn geloof en zijn kennis van het Evangelie met mensen te delen.

In 695 wordt Willibrord in Rome tot bisschop gewijd en door de Frankische Pepijn van Herstal aangesteld als prediker voor de Friezen in de Lage Landen. Hij sticht in Utrecht volgens de traditie een klooster met kerk, die hij wijdt aan de heilige (Sint) Maarten. De huidige Domkerk draagt nog steeds diens naam, op het Sint Janskerkhof vindt men een standbeeld van Maarten, gezeten op een paard (zie deze Groene Kalender, 11 november). Willibrord geldt als schutspatroon van de rooms-katholieke kerkprovincie Nederland.

Verscheidene waterbronnen gaf men zijn naam: de zgn. ‘Willibrordputjes’, teken van leven, van levendgevend water, bijvoorbeeld in Heiloo.

Veel kerken vieren op 7 november een oecumenisch getinte Willibrordzondag, herinnerend aan degene die het christelijke geloof in de Lage Landen bracht.

 

Bloem

Asters worden Sint Wilpersblumkes genoemd.

Het zijn bloemen die begin november nog in tuinen bloeien.

De naam Aster is in het Grieks de naam voor ster, stille verwijzing naar het licht dat Willibrord in de duisternis bracht?

 

 

 

 

 

Benedictus van Nursia

11 juli Benedictus van Nursia (480-547)

De levende Aarde

(zie ook uitvoeriger, deze Groene Kalender, 21 maart, de sterfdag van Benedictus)

 

       Benedictus met raaf

 

Benedictus, de patroon-heilige van Europa, wordt beschouwd als de vader van het kloosterleven in Europa. Religieuzen die leven volgens de “regel” van Benedictus blijven op één plek wonen, werken en bidden in een ritme van 8 uur rusten, 8 uur werken en 8 uur verdieping. Zij dragen zorg voor de plek waar zij wonen, voor de omgeving en de schepping vanuit een houding van respect en zorgvuldigheid.

In het voetspoor van Benedictus deden met name de Cisterciënzers aan landontginning. Zij speelden een belangrijke rol in de ontwikkeling van het landbouwbedrijf. In het hedendaags beleid van de Cisterciënzer abdij Koningsoord in Echt (Limburg) is goed te zien hoe natuur en landbouw daarbij kunnen samengaan.

 

kloostertuin in Egmond

 

Praktijk

In de benedictijner abdij van Egmond (Noord-Holland) wordt de zorg voor de aarde in praktijk gebracht in het project De levende Aarde, dat onder de bezielende leiding staat van br. Thijs Ketelaars, br. Adelbert, br. Columba en een groep tuin-vrijwilligers. Bärbel Bohling ontwierp een plan voor de tuin. Men vindt er een voedselbos en een vlindertuin met inheemse kruiden, tuinplanten en vlinderstruiken. Er zijn twee kruidentuinen, één ervan is aangelegd volgens het uit 840 overgeleverde tuinplan van de benedictijn Walafried Strabo, die abt was van een abdij in Reichenau (Duitsland). Recent kwam een kas in het beheer van de Egmondse broeders. De grond was jarenlang verpacht geweest. Br. Adelbert maakte plannen om zelf groenten te verbouwen en kruiden te kweken en wordt daarbij bijgestaan door br. Columba en diverse vrijwilligers. Men gebruikt geen bestrijdingsmiddelen en benut de principes van permacultuur.

 

Recept

– Pelgrimsbrood

 

Wereldoceanendag: Rachel Carson

Wereldoceanendag: Rachel Carson

 

“We staan nu op een punt waar twee wegen scheiden.

De weg die we lang hebben bewandeld is misleidend gemakkelijk, en eindigt in een ramp.

De andere weg biedt tenslotte onze enige kans: een bestemming die ons het uitzicht biedt op het behoud van de aarde”  (Rachel Carson, in: Silent Spring, 1962)

 

De Verenigde Naties hebben in 2009 8 juni aangewezen als Wereldoceanendag, om zo jaarlijks stil kunnen te staan bij de bedreigingen waaraan de oceanen blootstaan: vervuiling, opwarming, de algehele kwaliteit van water en leven, en de kwetsbaarheid en fragiliteit van de ecosystemen.

Tot de meest inspirerende en invloedrijke schrijvers behoort Rachel Carson, Amerikaans waterecoloog en oceanoloog(1907-1964). Zij zag zichzelf graag als “dichter van de oceanen”. Zij combineert haar grote deskundigheid met een fascinatie voor de schoonheid en ontzagwekkendheid van de natuur, die verwondert en klein maakt.

Haar boeken waren bestsellers en zijn nog steeds lezenswaard: Under the Sea Wind (1941) geeft een naturalistische beschrijving van het leven in de oceanen; The Sea Around Us (1951) is vol poëtisch proza over de zee, en stond meer dan een jaar op The New York Times bestsellerlijst, werd in 28 talen vertaald, en meer dan een miljoen boeken werden verkocht. Van grote betekenis was haar laatste boek, dat de noodklok luidde over milieuvervuiling: Silent Spring (1962), en dat zou leiden tot een verbod op het dodelijke insecticide DTT. De milieubeweging heeft veel aan haar te danken.

 

Zie het recente essay “The Right Way to Remember Rachel Carson”, in: The New Yorker, 26 maart 2018.

En: Medard Hilhorst, Rachel Carson, op de bres voor de aarde, KNNV-uitgeverij, 2022.

 

Vieren

Zie www.scheppingvieren.nl voor water, zee, oceaan.

 

Joris

23 april Sint Joris

Valeriaan – Joriskruid

Dan was jij de herder en ik was het schaap …’

 

 

President Poetin: tegen de achtergrond van St Joris te paard met de draak aan zijn voeten (foto ANP/Trouw, 2 maart 2018)

 

 

Draak en schapen

Soldaat Joris (George) werd een fameuze heilige: hij zou een draak verslagen hebben die mensen belaagde. Zo vinden we hem op vele afbeeldingen terug. Bang als men was had men – volgens legende – de draak eerst schapen als voedsel gegeven, daarna werden kleine kinderen door het lot aangewezen en aan de draak geofferd. Toen het lot viel op het dochtertje van de koning, was de maat vol: Joris versloeg de draak.

De draak symboliseert het kwaad in de wereld en Joris is de bestrijder ervan. Joris staat in een oude, lange traditie van moed en strijd, maar heeft wellicht nooit bestaan. In de heiligenkalender verbindt men hem met Georgius van Lydda (van Cappadocië), zie www.heiligen.net

Toevallig wordt rond deze tijd in veel kerken de zondag van de Goede Herder gevierd, een feestdag waarbij zowel God (Psalm 23) als Jezus (Johannes 10) herinneren aan de herder die voor kwaad behoedt.

 

 

 

 

 

Kruid

Valeriaan, Valeriana officinalis, wordt ook Joriskruid, Joriswortel en speerkruid genoemd. De scherpe punten aan het blad doen denken aan de klauwen van de draak. Het Latijnse ‘Valera’ betekent: ‘gezond, sterk zijn.’ Het kruid is kalmerend en angstwerend, en in gebruik als slaapmiddel. Het gebruik was reeds bekend bij de Griekse geneesheer Hippocratus (ca. 400 v.Chr.). Als tinctuur (alkohol oplossing) is het nog steeds een goed middel tegen nervositeit. Zie www.kloostertuinen.nl

valeriaan

 

Recepten

– Sint Jorisbrood: herinnert aan de schapen

In Bulgarije wordt het speciale brood ter ere van Sint Joris versierd met stippen of andere figuurtjes. De stippen verwijzen naar schapen, de figuurtjes naar staf, herder of schaapshondje. Deze dag is een lentefeest voor de herders en hun schapen.

Zie www.sameneerlijketen.nl (bron: Zalig gebakken, Marianne Geurtsen)

 

Schikken

– Schikkingen bij de zondag van de Goede Herder, zie www.symbolischschikken.nl

 

Vieren

Jij zoekt voor mij groen grazig gras.

(…) In diepe nacht maak jij het licht.

Jij houdt de wacht, jij blijft in zicht.

Als ik jou heb, heb ik genoeg. (Erik Idema)

 

Palmzondag

 

24 maart Palmzondag

Niet hoog te paard

 

Groen palmtakje

Bij de intocht van Jezus in Jeruzalem worden takken met groene bladeren over de weg gespreid (Matteüs 21, 1-11, Marcus 11, 1-10). De evangelist Johannes spreekt over groene ‘palm’takken (Johannes 12, 12-16). De palmboom doet denken aan een rechtvaardig mens (Psalm 92, 13).

Groen verwijst naar leven, denk aan oase, grazige weide, een gezegend leven. ‘Groen’ is verwant aan ‘groeien’ en betekent eigenlijk: de kleur hebben van wat groeit. Hildegard van Bingen verwees met groen naar de levenwekkende Geest. Betrokken op een mens, herinnert het groen aan een gezegend en rechtvaardig leven:

Ik ben als een groene olijfboom in het huis van God,
ik vertrouw op de liefde van God
voor eeuwig en altijd
(Psalm 52, 6-10)

Door de eeuwen heen hebben mensen een groene tak als beeld van leven gezien. In Nederland kunnen buxustakjes gebruikt worden, om ze in de kerk te laten wijden en mee naar huis te nemen. Ook de palmpaasstokken worden ermee versierd. Wie van het land moest leven stak de gewijde palmtakjes op de hoeken van het land in de grond, om zo het land te ‘palmen’, borg voor een goede oogst? Of is het veeleer de erkenning dat God schepper van de wereld is, eigenaar van het land? En dat de mens die van de aarde gebruik maakt zijn zegen nodig heeft? (naar een tekst van Gerard Ris).

Palmzondag vormt het begin van de Stille (of Goede) Week, de laatste week naar Pasen: stapsgewijs gaan mensen de weg van vernedering en verhoging, Jezus achterna. Meerdere vieringen markeren die weg, op Witte Donderdag, Goede Vrijdag en Stille Zaterdag. Op de avond voor Pasen, eigenlijk in de Paasnacht, klinkt dan tenslotte het bevrijdende “Licht van Christus”.

 

  

Ezel, niet hoog te paard

Gij met uw zachtzinnige oren

en uw geduldig gezicht:

Ik ben u zeer verplicht

(…)

En dat ge zelfs niet hebt bewogen

mij slechts hebt getroost met uw ogen.

Dat kunnen de mènsen niet.

(Fragment uit het gedicht Dank aan een ezel, I. Gerhardt)

 

Jezus kiest voor een ezel om Jeruzalem binnen te gaan. De ezel is het lastdier voor de armen. Paarden zijn voor de rijken. De uitdrukking ”hoog te paard zitten” herinnert daaraan. Paarden werden gebruikt bij oorlog, maar Jezus komt op een ezel als vredestichter de stad binnen. In processies op Palmzondag werden daarom soms houten ezels meegetrokken. In de tijd van koning Salomo werd het paard uit Egypte gehaald en als oorlogswapen ingezet om strijdwagens te trekken (1 Koningen 10, 26-29). Paarden maakten ook in Jezus’ tijd deel uit van het Romeinse leger. Ezels daarentegen waren de lastdieren in het leven van alledag. Maria met haar pasgeboren kind wordt op haar vlucht (op afbeeldingen) gedragen door een ezel, net als Mozes: ‘Mozes zette zijn vrouw en kinderen op een ezel en ging op weg, terug naar Egypte’ (Exodus 4, 20).

 

Stil grazend naast een grijze rots

zag ik opeens op hoge benen

een jonge ezel; zijn oren schenen

doorzichtig, zijn gelaat was trots. (…)

 

En na een korte, felle schrik

verstarde ik in verwondering.

Of kan het eerbied zijn geweest,

voor dit schoon, ongeschonden beest,

waarmee ik langzaam verder ging?

(Fragment uit het gedicht Het ezeltje, M. Vasalis; zie ook http://www.scheppingvieren.nl/het-ezeltje/

 

Het verhaal van de intocht herinnert aan een beeld van de profeet Zacharia:

Juich Sion,

Jeruzalem schreeuw het uit van vreugde!
Je koning is in aantocht,
bekleed met gerechtigheid en zege.

Nederig komt hij aanrijden op een ezel,
op een hengstveulen, het jong van een ezelin.

Ik zal de strijdwagens uit Efraïm verjagen
en de paarden uit Jeruzalem:
de bogen worden gebroken.

Hij zal vrede stichten tussen de volken. (Zacharia 9, 9-10)

 

broodhaantje

Haan

Een haan kraait bij het krieken van de dag. Diens roep markeert het einde van de nacht. Onderweg naar de Olijfberg zegt Jezus: ‘Jullie zullen mij deze nacht allemaal afvallen (…).’ Petrus zei daarop tegen hem: ‘Misschien zal iedereen u afvallen, ik nooit!’ Jezus antwoordde hem: ‘Ik verzeker je; deze nacht nog, zul je, nog voor de haan gekraaid heeft, mij driemaal verloochenen’ (Matteus 26, 31-34). De haan kan zo ook beeld van waakzaamheid worden.

 

Recepten

Palmpaashaantje, zie verder op www.sameneerlijketen.nl:

Recepten bij Palmpasen

 

 

 

Schikken

Vieren

 

Quirinus van Neuss

 

30 maart Quirinus van Neuss (ca. 117/130)

Tot leven komen

 

Quirinus was een Romeinse legerofficier die paus Alexander moest bewaken. Volgens verhalen genas de paus Quirinus’ dochter van een klierziekte. Hij bekeerde zich vervolgens met zijn dochter tot het christendom en stierf de marteldood. Quirinus kwam ‘tot leven’ toen Paus Leo IX de relieken van Quirinus in 1050 schonk aan zijn zus. Zij verbleef in de abdij van de benedictinessen in Neuss. Al gauw daarna komen er bedevaarten op gang en wordt Quirinus aangeroepen bij beenwonden en andere verwondingen en ziekten.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Klein hoefblad (Tussilago farfara)

Het kleinhoefblad heette vroeger sancti Quirini, in de volksmond Quirijnskruid en Sinte-Carijnskruid. Carijn (korijn) verwijst in het Vlaams naar ‘korijnzeer’, een zwerende huidziekte. Het zonnige hoefblad bloeit omstreeks 30 maart, de datum waarop Quirinus herdacht wordt. De bladen verschijnen later. Ze bevatten een hoog slijmstofgehalte en worden gebruikt als wondmiddel, maar ook als verzachtend middel bij hoest en keelpijn. Plinius in zijn Naturalis Historia (1e eeuw) geeft een beschrijving van een geneesmiddel met klein hoefblad. De Latijnse naam verwijst naar gebruik van de plant als hoestmiddel (tussis hoesten, agere verdrijven). De naam hoestblad zou een betere naam zijn dan hoefblad, dat naar de hoefvorm van het blad verwijst.

 

 

Wereldwaterdag

 

22 maart Wereldwaterdag

Zonder water geen leven

 

De Wereldwaterdag is al in 1952 door de Verenigde Naties vastgelegd op 22 maart. In een waterresolutie wordt aandacht gevraagd voor schoon water, met name ook in ontwikkelingslanden. Door klimaatverandering wordt de beschikbaarheid van water in bepaalde delen van de wereld een groot probleem. Voorts kan de bouw van stuwdammen voor energie-opwekking tot verdroging leiden en funeste gevolgen hebben voor landbouwgronden.

Op 22 maart 2013 ondertekende de Raad van Kerken in Nederland, in navolging van de Wereldraad van Kerken, de Waterverklaring van de Verenigde Naties. Voor scholen zijn lespakketten beschikbaar en worden wandelingen en excursies georganiseerd.

– Zie www.wereld-water-dag en ook www.wandelenvoorwater.nl

– Zie ook Wereldoceanendag, 8 juni, deze Groene Kalender

 

Vieren

Water, zie www.scheppingvieren.nl

– Gedicht:

Vragenderwijs

 

Ik vroeg het aan de vogels

de vogels waren niet thuis

 

Ik vroeg het aan de bomen

hooghartige bomen

 

Ik vroeg het aan het water

waarom zeggen ze niets

het water gaf geen antwoord

 

Als zelfs het water geen antwoord geeft

hoewel het zoveel tongen heeft

wat is er dan

wat is er dan

er is alleen een visserman

 

die draagt het water

onder zijn voeten

die draagt een boom

op zijn rug

die draagt op zijn hoofd een vogel.

 

Guillaume van der Graft (uit: Vogels en Vissen, 1954)